|
Alzijdige inval: galmkamermethode
|

|
De galmkamer is een ruimte
met harde, niet-evenwijdige oppervlakken, dit laatste met de bedoeling een diffuus geluidveld te creëren. Voor
architecturaal ontwerp wordt meestal gebruik gemaakt van absorptiecoëfficiënten, bepaald
aan de hand van deze methode. |

|
De methode bestaat erin eerst de nagalmtijd
van de ruimte zonder monster te bepalen en vervolgens de meting te herhalen met
aanwezigheid van het monster. Aan de hand van de formule van Sabine kunnen we dan de
absorptiecoëfficiënt bepalen als volgt: |
|
)
|
|
met V het volume van de galmkamer [m3]
S de oppervlakte van het proefmonster [m2]
T2 de nagalmtijd in de galmkamer
met monster [s]
T1 de nagalmtijd in de galmkamer
zonder monster [s]. |
|
Beperkingen
|
|
Net zoals de buismethode heeft deze methode haar beperkingen. De
galmkamer moet een voldoende diffusiviteit hebben. Door de ruimte een onregelmatige
vorm te geven die afwijkt van een balkvorm en door evenwijdige wanden te vermijden,
bekomen we een onregelmatige' verdeling van de eigenmoden. |
|
Verder moet de nagalmtijd voldoende lang zijn. De wanden moeten dus
sterk reflecterend zijn en het volume van de ruimte voldoende groot. |
|
Om zo weinig mogelijk last te hebben van
randeffecten mag het monster niet te klein zijn. |
|
Aangezien aan deze voorwaarden niet steeds is voldaan, zijn as-waarden groter dan 1 niet onmogelijk. |
|
|