Inleiding

Wanneer een materiaal, vloeistof of gas een schok of een externe mechanische excitatie ondergaat zal er een trilling doorheen lopen. De moleculen van het milieu trillen om een evenwichtspositie.

	Indien dit verschijnsel zich voordoet in een vaste stof of vloeistof spreken we meestal over trillingen.
	In lucht spreken we over geluid, voor zover dit verschijnsel waargenomen kan worden door het menselijk oor.

Het verschijnsel kan het best geïllustreerd worden aan de hand van een eenvoudig voorbeeld.

Een stemvork wordt aangeslagen en produceert geluid.

Dit komt omdat door de trilling van de stemvork over- en onderdruk gecreëerd wordt in het omgevend medium lucht. De gecreëerde over- en onderdrukken zijn erg klein t.o.v. de atmosferische druk p_atm , welke in de buurt ligt van 10^⁵ Pa.

Ruimtelijk bekeken gelijkt het verschijnsel op een golf. Je kan het vergelijken met een steen die in een waterplas valt.

De totale luchtdruk p is de som van de relatief traag variërende atmosferische druk p_atm en de relatief snel variërende geluiddruk p_geluid .

$p=p_{atm}+p_{geluid}$

De geluidgewaarwording door de mens heeft alles te maken met p_geluid en is niet beïnvloed door de steeds aanwezige p_atm . Daarom kunnen we voor de eenvoud van notatie steeds p gebruiken i.p.v. p_geluid .

auteur : Guy Bladt

not reviewed

gewijzigd op 21/09/00