|
Meetprocedure
|
 |
Een meting van de contactgeluidisolatie tussen twee ruimten omvat de
meting van het energetisch gemiddelde geluiddrukniveau in
de ontvangruimte, wanneer een standaard klopmachine de vloer tussen beide ruimten
aanslaat. De standaard klopmachine bevat een draaiende as met nokken die hamers
optillen dewelke achtereenvolgens neervallen op de vloerconstructie. De 5 hamers
hebben een gewicht van 0,5 kg, een sectie van 7 cm2 en ze vallen van een hoogte
van 4 cm. Ze vallen aan een ritme van 10 impacten per seconde. Met deze
klopmachine wekt men een klopgeluid op dat niet rechtstreeks overeenstemt met de
werkelijke excitatie door lopen, stappen, schuiven,.... Het verband tussen het
geluiddrukniveau, voortgebracht door deze machine en het werkelijke loopgeluid is zo zeker
niet eenduidig. Een benaderend verband tussen het contactgeluidniveau, veroorzaakt
door de werking van de standaard-klopmachine en het te verwachten, A-gewogen
geluiddrukniveau van werkelijk loopgeluid, wordt gegeven in de volgende figuur: er
is een marge van ongeveer 10 dB, afhankelijk van de persoon (man-vrouw) en van het type
vloer (uit G. Vermeir, P. Mees, Geluidisolatievoorschriften in de
woningbouw, AMINAL,1999). |
|
 |

|
Voor een geluiddemo van de klopgeluidmachine
klik je op het icoontje hiernaast afgebeeld. Voor deze demo werd het signaal in de
ruimte onder de ruimte waar de klopgeluidmachine werd opgesteld, opgenomen. |
|
|
|
Voor het bepalen van het klopgeluidniveau hebben we verschillende
meetformules ter beschikking. |
|
 |
met |
Ln |
het genormaliseerd ontvangniveau [dB]; |
|
LnT |
het gestandaardiseerd ontvangniveau [dB]; |
|
A |
de geluidabsorptie in de ontvangkamer [m2] = 0,163 V/T
(V is het kamervolume); |
|
A0 |
de referentie-absorptie in de ontvangkamer [m2] = 10 m2; |
|
T |
de nagalmtijd gemeten in de ontvangruimte [s] en |
|
T0 |
de referentie-nagalmtijd in de ontvangruimte [s] = 0,5 s. |
|
|
|
Het geluid dat door de impact van de hamertjes ontstaat, wordt in de
ontvangruimte opgemeten. Voor het bepalen van het klopgeluidniveau zijn ook de
nagalmtijd (T) in de ontvangruimte en de absorptie (A) van deze ruimte
nodig. Om de meting zoveel mogelijk onafhankelijk te maken van de absorptie in de
ontvangruimte, wordt dit geluiddrukniveau genormaliseerd naar een referentieabsorptie A0
(= 10 m2) of naar een referentienagalmtijd T0 (= 0,5 s). |
|
|

|
Geven deze beide formules hetzelfde
resultaat? |

|
De te volgen procedures en voorschriften i.v.m. metingen van
geluidisolatie van wanden staan beschreven in die normenreeks ISO 140. Meer
informatie betreffende normen vind je op http://www.iso.ch.
Ook op de site van het WTCB kan je terecht voor meer informatie omtrent deze en
andere normen. |
|
De meetprocedure ziet eruit als volgt: |
|
- In de zendkamer wordt op verschillende posities de vloer geëxciteerd door de
klopmachine;
- voor een aantal microfoonposities wordt het geluiddrukniveau in de ontvangkamer gemeten;
- deze waarden worden gemiddeld over alle microfoonposities;
- meting van de nagalmtijd T in de ontvangkamer;
- bepaling van de absorptie
A volgens de formule van Sabine door meting van de nagalmtijd.
|
|
Metingen gebeuren in terts- of octaafband. Metingen in tertsband
moeten ten minste gebeuren in een frequentiegebied tussen 100 Hz en 3150 Hz. Voor
octaafbanden is een minimaal frequentiegebied van 125 Hz tot 2000 Hz vereist. |
|
|
|
De klopgeluidmachine moet op ten minste vier posities van de te testen
vloer worden gepositioneerd. In het geval van anisotrope vloerconstructies (ribben- of
balkenvloeren) kunnen meer posities wenselijk zijn. De klopgeluidmachine moet dan zo
worden geöriënteerd dat de lijn volgens dewelke de hamers zijn gepositioneerd, een hoek
van 45° maakt met de richting van de ribben of balken. |
|
|