Art. 10.
De deskundigen bedoeld in artikel 7, §1, 2° kunnen door de Vlaamse minister bevoegd
voor het leefmilieu worden erkend voor een of meerdere van de volgende disciplines:
- mens;
- fauna en flora;
- bodem;
- water;
- lucht;
- licht, warmte en stralingen;
- geluid en trillingen;
- klimaat;
- monumenten en landschappen en materiële goederen in het algemeen.
Art. 11.
§1. De aanvraag tot erkenning als deskundige dient per aangetekend schrijven ingediend
te worden bij de Vlaamse minister bevoegd voor het leefmilieu. In de aanvraag moeten de
disciplines waarvoor de aanvrager erkend wenst te worden nader bepaald zijn.
Indien de aanvrager een rechtspersoon is, dienen daarenboven de namen van de in dienst
hebbende deskundigen die met de opstelling van de rapporten zullen worden gelast, de
statuten van de vennootschap of vereniging evenals de namen van haar zaakvoerders of
beheerders medegedeeld.
§2. Vooraleer uitspraak te doen over de in §1 bedoelde erkenningsaanvraag, wint de
Vlaamse minister bevoegd voor het leefmilieu, het advies in van de Cel Mer van de
Administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer van de diensten van de Vlaamse
regering.
Daarenboven wordt het advies ingewonnen:
§3. De aanvrager is ertoe gehouden al de door de Cel Mer van de Administratie Milieu-,
Natuur-, Land- en Waterbeheer van de Diensten van de Vlaamse regering met het oog op het
onderzoek van de in §1 bedoelde erkenningsaanvraag gevraagde aanvullende gegevens en/of
documenten te verstrekken.
§4. De erkenning als deskundigen in één of meer disciplines wordt verleend voor een
termijn van maximum vijf jaar. Deze erkenning kan worden verlengd.
§5. De erkenning kan door de Vlaamse minister ten alle tijde worden ingetrokken
wanneer niet meer aan de erkenningsvoorwaarden wordt voldaan.
Art. 12.
Om erkend te worden, moet elke deskundige aan de volgende voorwaarden voldoen:
1. Als het een natuurlijke persoon betreft:
- de nationaliteit hebben van een lidstaat van de Europese Unie;
- van zijn burgerlijke en politieke rechten genieten;
- voldaan hebben aan de militiewetten;
- houder zijn van een diploma of getuigschrift van hoger of universitair onderwijs;
- een voldoend geachte ervaring en onderlegdheid bezitten in het domein van de beschouwde
discipline(s);
- niet bezoldigd zijn door het Rijk, de Gemeenschappen, de Gewesten, de provincies, de
gemeenten, een vereniging van gemeenten of een daarvan afhangende instelling of bestuur,
behalve als lid van het onderwijzend personeel.
2. Als het een rechtspersoon betreft:
- een vennootschap of vereniging zijn naar Belgisch recht met zetel in België wiens
statuten geen enkele bepaling bevatten die strijdig is met onderhavig besluit;
- erkende deskundigen in dienst hebben die gelast zullen worden met de opstelling van de
rapporten.
1a vervangen bij Art. 1 B. Vl. R. van 25 januari 1995 (B.S. 28 april 1995).
Art. 13.
Het is de erkende deskundige verboden, zelfs na het beëindigen van zijn functie,
feiten kenbaar te maken waarvan hij ten gevolge van zijn opdrachten kennis zou hebben
gekregen.
© INTEC, Universiteit Gent