|
|
|
In het stralenmodel wordt het geluidveld van de bron beschouwd als een
aantal ongecorreleerde lijnvormige 'stralen'. Die stralen zijn oneindig smalle
geluidbundels met vlakke golf-eigenschappen. |
|
Bij elke reflectie aan een grensvlak, d. i. een vlak dat de ruimte omsluit
of dat volledig binnen de ruimte gelegen is (bv. een reflecterend paneel dat of een baffle
die in de ruimte hangt) verliest de straal een fractie a
van zijn energie door absorptie. Bovendien wordt een deel d(1-a) op een min of meer diffuse wijze spiegelend gereflecteerd.
d noemen we de diffusiecoëfficiënt. |

|
|
|
In een computermodel stellen we de microfoon voor als een bol met een
eindige diameter. De reden hiervoor ligt in het feit dat de afmetingen van een
straal heel klein zijn en, wanneer we de microfoon door een punt voorstellen, de
waarschijnlijkheid dat een straal een microfoon raakt, oneindig klein is. |
|
Een variante op dit model bestaat erin de stralen te interpreteren als
kegels. In dat geval kunnen we de microfoon voorstellen door een punt. |
|
|
|
|
|
|

|
Wat is het voordeel van het stralenmodel ten opzichte van het
spiegelbronnenmodel? |